Caresheet kameleongekko (Eurydactylodes sp.)
Algemeen
Nederlandse naam: Kameleongekko
Engelse naam: Chameleon gecko Wetenschappelijke naam: Eurydactylodes sp. Verspreidingsgebied: De Zuidoostelijke kant van Nieuw-Caledonië Habitat: Subtropische bossen Biotoop: Sclerofyle vegetatie |
Volwassen lengte: 10-15 centimeter
Volwassen gewicht: +/- 8-10 gram Maximale leeftijd: 15 jaar of meer |
Voeding
In het wild eten kameleongekko's kleine ongewervelden zoals insecten, pissebedden en spinnen. Daarnaast eten ze, wanneer het seizoen het toe laat, ook wel eens zacht overrijp fruit. In gevangenschap is er een commercieel voer te koop, waarin alle voedingstoffen zitten die ze nodig hebben. Enkele voorbeelden van goed verkrijgbare en kwalitatieve voermerken zijn Pangea fruit mix en Gecko Nutrition. Ook kan er af en toe zacht prakbaar fruit gegeven worden, zoals papaya, banaan of perzik. Het voer bestaat uit een poeder welke aangemengd word met water, om een soort smoothie te maken. De mixverhoudingen staan op de verpakking. Het moet ongeveer zo dik worden als ketchup. |
Hoewel een kameleongekko kan overleven op alleen voermixen zoals Pangea, is het zeer zeker bevorderlijk om ze ook insecten te voeren. De volgende insectsoorten kunnen gevoerd worden aan kameleongekko's: krekels, sprinkhanen, wasmotlarven, zijderupsen en pissebedden. Zorg ervoor dat de voederinsecten niet te groot zijn.
Het is het beste om voedseldieren goed te voeren en ook om de voedseldieren te bepoederen met een calciumpoeder.
Het is het beste om voedseldieren goed te voeren en ook om de voedseldieren te bepoederen met een calciumpoeder.
Huisvesting
Grootte van het verblijf
Kameleongekko's worden niet zo groot en daarom zijn ze makkelijk in een wat kleiner verblijf te huisvesten.
De minimale maten voor een koppel bedragen 30 x 30 x 45 centimeter (lengte x breedte x hoogte).
Dit zijn de minimale eisen voor de grootte van het verblijf. Groter is altijd beter en zorgt voor meer klimruimte.
Klimaateisen
Kameleongekko's leven in het wild in een subtropisch klimaat. Dit zorgt ervoor dat ze goed te houden zijn op kamertemperatuur. Het is het beste om de temperatuur boven de 18 graden te houden, en niet hoger dan 30 graden.
Een luchtvochtigheid van 70-80 procent is ideaal. Deze luchtvochtigheid kan bereikt worden door de ondergrond vochtig te houden en dagelijks te sproeien. 's avonds is het beste moment om te sproeien. Kameleongekko's drinken graag van de sproeidruppels. Er moet voldoende verluchting aanwezig zijn in het terrarium. Ideaal is het wanneer in de ochtend het sproeiwater van de avond ervoor opgedroogd zijn. Een continue hoge luchtvochtigheid kan een longontsteking veroorzaken. Een te lage luchtvochtigheid kan er weer voor zorgen dat kameleongekko's moeite krijgen met goed vervellen.
Ideale temperatuur (nacht): 18-26 °C
Luchtvochtigheid: 70-80%
Is de kamer waarin het terrarium staat te koud, dan kan er bijgewarmd worden doormiddel van een warmtelamp of warmtemat.
Bevestig een warmtelamp altijd in een beschermende kooi of bovenop het terrarium zodat de kameleongekko zich er niet aan kan branden.
Bevestig warmtematten altijd aan de zijkant(buitenkant) van een terrarium, en niet onderop of in het terrarium. Anders kan het zijn warmte niet kwijt en ontstaat er brandgevaar.
UV-lampen
Een veelvoorkomend probleem bij kameleongekko's is legnood. Dit is een aandoening waarbij de vrouwelijke dieren niet in staat zijn om hun eieren te leggen. Meerdere eieren hopen dan op in hun lichaam, waardoor ze uiteindelijk sterven. Waarschijnlijk word dit veroorzaakt door een tekort aan calcium. Om de calciumhuishouding te bevorderen is het daarom aan te raden om een UV-lamp te gebruiken. Een UV-lamp die goed voldoet aan de eisen van een kameleongekko is de Arcadia shadedweller (7% UVB).
Grootte van het verblijf
Kameleongekko's worden niet zo groot en daarom zijn ze makkelijk in een wat kleiner verblijf te huisvesten.
De minimale maten voor een koppel bedragen 30 x 30 x 45 centimeter (lengte x breedte x hoogte).
Dit zijn de minimale eisen voor de grootte van het verblijf. Groter is altijd beter en zorgt voor meer klimruimte.
Klimaateisen
Kameleongekko's leven in het wild in een subtropisch klimaat. Dit zorgt ervoor dat ze goed te houden zijn op kamertemperatuur. Het is het beste om de temperatuur boven de 18 graden te houden, en niet hoger dan 30 graden.
Een luchtvochtigheid van 70-80 procent is ideaal. Deze luchtvochtigheid kan bereikt worden door de ondergrond vochtig te houden en dagelijks te sproeien. 's avonds is het beste moment om te sproeien. Kameleongekko's drinken graag van de sproeidruppels. Er moet voldoende verluchting aanwezig zijn in het terrarium. Ideaal is het wanneer in de ochtend het sproeiwater van de avond ervoor opgedroogd zijn. Een continue hoge luchtvochtigheid kan een longontsteking veroorzaken. Een te lage luchtvochtigheid kan er weer voor zorgen dat kameleongekko's moeite krijgen met goed vervellen.
Ideale temperatuur (nacht): 18-26 °C
Luchtvochtigheid: 70-80%
Is de kamer waarin het terrarium staat te koud, dan kan er bijgewarmd worden doormiddel van een warmtelamp of warmtemat.
Bevestig een warmtelamp altijd in een beschermende kooi of bovenop het terrarium zodat de kameleongekko zich er niet aan kan branden.
Bevestig warmtematten altijd aan de zijkant(buitenkant) van een terrarium, en niet onderop of in het terrarium. Anders kan het zijn warmte niet kwijt en ontstaat er brandgevaar.
UV-lampen
Een veelvoorkomend probleem bij kameleongekko's is legnood. Dit is een aandoening waarbij de vrouwelijke dieren niet in staat zijn om hun eieren te leggen. Meerdere eieren hopen dan op in hun lichaam, waardoor ze uiteindelijk sterven. Waarschijnlijk word dit veroorzaakt door een tekort aan calcium. Om de calciumhuishouding te bevorderen is het daarom aan te raden om een UV-lamp te gebruiken. Een UV-lamp die goed voldoet aan de eisen van een kameleongekko is de Arcadia shadedweller (7% UVB).
Inrichting
Kameleongekko's verschuilen zich graag door dicht tegen een tak aangedrukt te blijven zitten. Zorg daarom dat in het terrarium voldoende takken of lianen aanwezig zijn. Kameleongekko's houden van wat dunnere takken, waar ze hun pootjes omheen kunnen klemmen. Hou daarmee rekening. Kurkstammen of te dikke takken worden bijna nooit gebruikt. Vul de lege plekken zoveel mogelijk met (nep)planten, zodat er veel beschutting aanwezig is.
Ondergrond
Kies een ondergrond die goed vocht kan vasthouden en geen meststoffen bevat. Het liefst een fijne ondergrond zoals cocopeat of turf. Bij grovere materialen zoals houtsnippers bestaat er kans op verstopping wanneer de gekko's per ongeluk een hap doorslikken.
Zorg ervoor dat er minimaal een paar centimeter dik ondergrond in het terrarium zit. Wanneer je wil kweken, moet de ondergrond minimaal 10 centimeter dik zijn, zodat het vrouwtje haar eieren kan begraven.
Kameleongekko's verschuilen zich graag door dicht tegen een tak aangedrukt te blijven zitten. Zorg daarom dat in het terrarium voldoende takken of lianen aanwezig zijn. Kameleongekko's houden van wat dunnere takken, waar ze hun pootjes omheen kunnen klemmen. Hou daarmee rekening. Kurkstammen of te dikke takken worden bijna nooit gebruikt. Vul de lege plekken zoveel mogelijk met (nep)planten, zodat er veel beschutting aanwezig is.
Ondergrond
Kies een ondergrond die goed vocht kan vasthouden en geen meststoffen bevat. Het liefst een fijne ondergrond zoals cocopeat of turf. Bij grovere materialen zoals houtsnippers bestaat er kans op verstopping wanneer de gekko's per ongeluk een hap doorslikken.
Zorg ervoor dat er minimaal een paar centimeter dik ondergrond in het terrarium zit. Wanneer je wil kweken, moet de ondergrond minimaal 10 centimeter dik zijn, zodat het vrouwtje haar eieren kan begraven.
Voortplanting
Kweek
Begin pas met kweken als:
- De dieren volledig gezond zijn
- De dieren ongeveer 1,5-2 jaar of ouder zijn
- De vrouwelijke dieren een goede vetreserve (te zien als een bult in de nek) hebben
- Je weet dat je alle nakweek kan gaan huisvesten of zeker weet dat je een goed thuis voor ze kan vinden
Kameleongekko's zijn niet heel agressief. Bij voldoende ruimte en de juiste inrichting kunnen ze vaak jaarrond samen gehuisvest worden. Het beste is om bij een mannetje meerdere vrouwtjes te zetten.
Geslachtsbepaling
Geslachtsbepaling is bij volwassen of bijna-volwassen dieren eenvoudig. Mannelijke dieren hebben een duidelijke verdikking achter hun cloaca (geslachtsopening) en net voor de staart.
Bij jongere dieren kan het geslacht bepaald worden door het zoeken van pre-anale poriën. Zowel vrouwelijke als mannelijke dieren ontwikkelen pre-anale poriën. Mannetjes hebben echter meer rijen poriën en ook zijn deze duidelijker zichtbaar. Het verschil is bij kameleongekko's al te zien vanaf een leeftijd van twee maanden. Wel is hiervoor een getraind oog nodig, en een goed scherpe loep.
Begin pas met kweken als:
- De dieren volledig gezond zijn
- De dieren ongeveer 1,5-2 jaar of ouder zijn
- De vrouwelijke dieren een goede vetreserve (te zien als een bult in de nek) hebben
- Je weet dat je alle nakweek kan gaan huisvesten of zeker weet dat je een goed thuis voor ze kan vinden
Kameleongekko's zijn niet heel agressief. Bij voldoende ruimte en de juiste inrichting kunnen ze vaak jaarrond samen gehuisvest worden. Het beste is om bij een mannetje meerdere vrouwtjes te zetten.
Geslachtsbepaling
Geslachtsbepaling is bij volwassen of bijna-volwassen dieren eenvoudig. Mannelijke dieren hebben een duidelijke verdikking achter hun cloaca (geslachtsopening) en net voor de staart.
Bij jongere dieren kan het geslacht bepaald worden door het zoeken van pre-anale poriën. Zowel vrouwelijke als mannelijke dieren ontwikkelen pre-anale poriën. Mannetjes hebben echter meer rijen poriën en ook zijn deze duidelijker zichtbaar. Het verschil is bij kameleongekko's al te zien vanaf een leeftijd van twee maanden. Wel is hiervoor een getraind oog nodig, en een goed scherpe loep.
Paring en eileg
Kameleongekko's zijn niet moeilijk om te kweken. Als volwassen dieren samen gehuisvest worden en goed ''matchen'', dan zullen er snel eieren volgen. Na een succesvolle paring duurt het ongeveer 3 tot 4 weken totdat het vrouwtje eieren gaat leggen. Zorg ervoor dat het terrarium beschikt over een geschikte legplaats voor de eieren. De vrouwtjes begraven hun eieren in de grond wanneer deze diep genoeg is (10cm+). Bij onvoldoende diepte bestaat het risico dat ze hun eieren niet kwijt kunnen en vervolgens sterven aan legnood. Zorg voor de eieren Bij vermoedelijke eileg kan je voorzichtig de grond in het terrarium laagje voor laagje afgraven tot je de (zeer kleine!) eitjes vind. Zorg dat je bij het pakken van de eieren deze niet draait. Teken eventueel een stip/streep bovenop het ei zodat bekend blijft welke kant boven moet liggen. Plaats de eieren in een afgesloten bakje met goed incubatiemateriaal, en graaf ze een klein beetje in zodat ze goed blijven liggen. |
Goede incubatiematerialen voor eieren zijn o.a. kleikorrels (hatchrite), perliet en vermiculiet.
Meng een van deze incubatiematerialen met water. Zoveel dat het materiaal vochtig is, maar dat er geen water meer uit komt wanneer je er zachtjes in knijpt. Doe het daarna in een afgesloten bakje, maar met minimaal wat verluchting (bijvoorbeeld een krekel-of bamibakje met gaatjes er in geprikt).
Laat de eieren vervolgens met rust. Water bijgeven is vrijwel nooit nodig. De eieren kunnen uitgebroed worden op kamertemperatuur. Ze komen gemiddeld na 3-3,5 maanden uit, maar het kan verder uitlopen. Heb geduld en zit zo min mogelijk aan de eieren.
Zorg voor de jongen
Net uitgekomen jongen zijn piepklein en kunnen het beste gehuisvest worden in een kleine faunabox. Wanneer ze groeien kan je ze na enkele maanden verhuizen naar een grotere faunabox, en uiteindelijk naar hun permanente terrarium of curverbak. Voor de rest mag de inrichting overeenkomen met dat van de ouders, met een goede ondergrond (zoals cocopeat), takken en (nep)planten.
Meng een van deze incubatiematerialen met water. Zoveel dat het materiaal vochtig is, maar dat er geen water meer uit komt wanneer je er zachtjes in knijpt. Doe het daarna in een afgesloten bakje, maar met minimaal wat verluchting (bijvoorbeeld een krekel-of bamibakje met gaatjes er in geprikt).
Laat de eieren vervolgens met rust. Water bijgeven is vrijwel nooit nodig. De eieren kunnen uitgebroed worden op kamertemperatuur. Ze komen gemiddeld na 3-3,5 maanden uit, maar het kan verder uitlopen. Heb geduld en zit zo min mogelijk aan de eieren.
Zorg voor de jongen
Net uitgekomen jongen zijn piepklein en kunnen het beste gehuisvest worden in een kleine faunabox. Wanneer ze groeien kan je ze na enkele maanden verhuizen naar een grotere faunabox, en uiteindelijk naar hun permanente terrarium of curverbak. Voor de rest mag de inrichting overeenkomen met dat van de ouders, met een goede ondergrond (zoals cocopeat), takken en (nep)planten.